maandag, december 07, 2009

Reportage Cidade de Deus

Uit het blad van Amnesty International van deze maand.
-------------------------------------------------------------------------------------
Het is half elf ’s ochtends in Cidade de Deus, een sloppenstad achter het toekomstige Olympisch dorp van Rio de Janeiro (2016). Een groepje wijkagenten is met het goede been uit bed gestapt.

Opgewekt begroeten ze een bewoner die zijn auto staat te wassen. Ze worden genegeerd. Ook de buurman kijkt niet op of om. Bij een oude dame in een tuinstoel kan er net een knikje en een afgemeten ‘bom dia’ (goedendag) vanaf.

‘Ik begrijp de afstandelijkheid van de bewoners heel goed’, zegt kapitein Felipe Romeu, de politiechef van Cidade de Deus, een ‘favela’ (sloppenwijk) van honderdduizend inwoners.

‘De autoriteiten hebben zich veertig jaar niet laten zien. Dus waarom zou men geloven dat we ditmaal wel blijven? De drugsbende die de wijk in zijn greep had, heeft nog minderjarige verkenners rondlopen. Ze bedreigen mensen die openlijk met ons sympathiseren.’

Cidade de Deus (Stad van God) werd door de gelijknamige en gewelddadige film een icoon van de drugsoorlog in de sloppen van Rio. Veldslagen tussen bendes en politie waren er aan de orde van de dag. Maar sinds februari van dit jaar staat de wijk op zijn kop.

De politie heeft de soldaten van het Rode Commando (Rio’s grootste drugsfactie) verjaagd en een ambitieuze nieuwe aanpak op de wijk losgelaten: de ‘vredespolitie’.

Terwijl de politie haar aanwezigheid voorheen beperkte tot riskante invallen waarbij vaak geschoten werd, wordt er nu dag en nacht gepatrouilleerd door wijkagenten. Het geeft een veilig gevoel. Deze verslaggever kon rustig alleen met zijn camera de wijk verkennen.

De vredesagenten (die wel 'gewoon' zware wapens dragen) zijn net afgestudeerd en speciaal opgeleid om vriendelijk met de bewoners om te gaan. Ze worden geacht preventief en communicatief te werken, zonder geweld- en machtmisbruik, de mensenrechten indachtig.

Voor de militaire politie van Rio is dat een revolutionair concept. Geen stedelijke politiemacht ter wereld pleegt zoveel moorden (zo’n honderd per maand), veelal tijdens mistige ‘confrontaties’ in de favela’s. Geen stadspolitie wordt ook zo vaak zelf getroffen (er sneuvelen zo’n tien agenten per maand).

Agent maakt al vliegerend vriendjes

Met het binnenhalen van de spelen van 2016 werd het doorbreken van de geweldsspiraal een zaak van landsbelang. Een slag in de drugsoorlog is nu immers algauw wereldpers.

De veiligheidschef van de provincie Rio, José Mariano Beltrame, heeft het de laatste tijd dan ook erg druk met buitenlandse journalisten. Ook voor Wordt Vervolgd maakte hij tijd, een paar dagen voordat er bij gevechten in een sloppenwijk bij het Maracanã-stadion ruim veertig doden vallen.

‘Vooropgesteld: we kunnen vijftig jaar verwaarlozing niet inhalen in zeven jaar. De stad heeft al duizend favela’s. En het bijzondere aan de sloppen van Rio is dat ongeveer de helft in de greep is van drugsbendes en milities (criminele oud-agenten die de bevolking afpersen in ruil voor ‘veiligheid’, KK).’

Dan, realistisch. ‘Drugshandel houd je altijd. Maar die territoria moeten we terugwinnen. En daarna het vertrouwen van de bewoners. Vandaar de vredespolitie. We hebben goed geschoolde, humanistische (sic) agenten nodig. De derde fase is het bouwen van scholen, klinieken, riolering. Anders heeft de bezetting geen zin.’

Een jaar na de start is de impact van de vredespolitie nog vooral symbolisch. Ze heeft vijf favela’s onder controle: 1 procent van die bezette vijfhonderd. Maar volgens de plannen (die worden gesteund door de federale regering) moet dat aantal de komende jaren oplopen naar honderd. Daartoe zullen gaandeweg 12.000 extra wijkagenten van de opleiding druppelen.

Terug naar Cidade de Deus, het grootste laboratorium voor het nieuwe model. Op het centrale plein is het ’s avonds een gezellige boel rond de politiestandplaats. In barretjes wordt voetbal gekeken, er klinkt gezang uit een evangelisch kerkje en funkmuziek uit een internetcafé.

Bewoners Cidade de Deus

Uit een enquête is gebleken dat 90 procent van de bewoners wil dat de vredespolitie voor onbepaalde tijd blijft. Restauranthouder Aloizio is één van de weinigen die openlijk de lof zingt op de agenten.

‘Het is uitstekend wat ze doen! Er liepen hier jochies van tien met pistolen rond, verslaafd aan crack. De mensen durven weer uit te gaan.’ Hij is niet bang dat de politie weer zal vertrekken.

‘De Olympische Spelen zijn onze garantie. Een deel van de stadions ligt hier vlak achter. Politici kunnen Cidade de Deus niet meer uit handen geven.’

De machtwisseling heeft méér voordelen. Er is sinds februari pas één moord gepleegd. Ambulances en brandweer krijgen geen geweer meer op de voorruit als ze de wijk binnenrijden. Scholen functioneren nog steeds onregelmatig maar de lessen worden niet meer verstoord door schietpartijen.

‘De kinderen maken al minder schietgebaren bij het spelen’, merkt een directrice van een lokale crèche op. De huizen – in Cidade de Deus staan lang niet alleen maar krotten – zullen meer waard worden. Lokale middenstanders balen wel dat er minder drugsgeld in omloop is, al wordt er op kleinere schaal nog steeds gedeald.

Kritiek op de wijkagenten is er ook. Acteur Leandro Firmino (31), bekend als de meedogenloze drugsbaron ‘Ze Pequeno’ in de film Cidade de Deus, blijkt het ook in het echt niet zo op de politie te hebben.

Na zijn succes is hij gewoon in Cidade de Deus blijven wonen, in een rijtjeshuis op dertig meter van een open riool. ‘Die agenten denken al dat je een dealer bent als je met een rugzak loopt. Ze verbieden funkfeesten, ze zijn autoritair.’

Leandro Firmino

De Nederlandse favela-kenner Nanko van Buuren, van hulporganisatie Ibiss, is nog sceptisch. ‘Het is een goede poging om de politie dichter bij de mensen te brengen. Maar de vraag is hoe lang het duurt tot ook de vredespolitie corrumpeert. Het oude systeem is zo verschrikkelijk verrot. Om het politieapparaat op te schonen, heb je twee Bangu’s (de gevangenis van Rio, KK) nodig.’ Dit jaar zijn tweehonderd agenten van de oude garde ontslagen wegens wangedrag.

Een agent in Rio is met een beginloon van nog geen 400 euro een van de slechts betaalde dienders van Brazilië. Om de vredesagenten, die bewust worden gescheiden van de oude garde, te motiveren krijgen ze een bonus van 200 euro.

Daarnaast tracht men ook de mentaliteit van de oude garde (‘de beste criminelen zijn dode criminelen’) te veranderen. Zij krijgen 150 euro als ze een bijscholing volgen.

Mensenrechtenactivisten noemen het tegenstrijdig dat de politie in andere sloppen nog steeds louter repressief te werk gaat. Veiligheidschef Beltrame wijst die kritiek van de hand.

‘Het ontbreekt de politie aan mankracht om alle favela’s te pacificeren. Maar we kunnen de bendes niet hun gang laten gaan. Zo’n inval gebeurt alleen als we inlichtingen hebben over een drugs- of wapendepot.’

En hoe staat het met de derde fase: het urbaniseren van de favela’s? De regering van president Lula pompt miljarden in de sloppen van Rio. Voorlopig zijn het vooral grote, niet-gepacificeerde favela’s die ervan profiteren. In de sloppencomplexen Alemão, Manguinhos en Rocinha wordt onder het toeziend oog van de drugsbendes aan nutsvoorzieningen gewerkt.

Begin 2010 is Cidade de Deus aan de beurt. Er is 160 miljoen euro voor het opknappen van de rioolrivier, het vervangen van krotten en het bouwen van een technische school, een muziekschool, een polikliniek, een bibliotheek, een bioscoop, een theater en een centrum voor werk en inkomen.

Nu de gijzeling door geweld voorlopig ten einde is, kan de strijd tegen de armoede dus beginnen. De Olympische Spelen geven de werkgelegenheid alvast een welkome oppepper. Verder worden fiscale prikkels overwogen om bedrijven naar de favela te lokken.

Nu werkt ruwweg de helft van de bewoners van Cidade de Deus als portiers en bewakers in Barra da Tijuca werkt, de rijke Olympische wijk even verderop. De andere helft hangt rond of gaat bij voorbeeld iets stelen in datzelfde Barra, een klein-Miami van shopping malls en stranden.

Nog een hoop te doen

Is de prille vrede in een handvol sloppen de opmaat naar een minder schizofrene stad? Beltrame hoopt dat de rest van de stad de gepacificeerde favela’s zal omarmen. ‘Anders verandert er feitelijk niets. De politie doet daarom een oproep: kom naar de favela’s, ze horen bij Rio.’

Geen opmerkingen: