dinsdag, september 29, 2009

Nederlander propageert slimme houtkap in Amazone

Uit de Financiële Telegraaf van vandaag.
------------------------------------------------------------------------------------
Brazilië gaat stukken Amazonewoud aanbesteden aan houtbedrijven. De Nederlander Johan Zweede (69) speelt een cruciale rol in deze nieuwe strategie om het bos te behouden.

De directeur van het Tropenbosinstituut (IFT) geldt in Brazilië als dé leermeester van duurzaam bosbeheer. “Dit is verstandig beleid van de regering. De Amazone is geen heiligdom, je kunt er geen hek omheen zetten. Er leven 22 miljoen Brazilianen die moeten leven van het bos,” vertelt de bioloog en bosbeheerder in zijn school in Paragominas, midden in het woud waar hij al 44 jaar woont.

Zweede krijgt bijval van de directeur van Staatsbosbeheer, Luiz Joels. “Duurzame houtkap lijkt ons de beste manier om geld te verdienen met het bos. De Amazone is alleen grotendeels niemandsland waar illegale roofkap vrij spel heeft. We zien daar liever houtbedrijven die we verantwoordelijk kunnen houden voor het bos.” Momenteel is geen 5 procent van de Braziliaanse houtproductie duurzaam.

De eerste percelen van in totaal 5,7 miljoen hectare zijn aanbesteed. Joels: “Bedrijven mogen het bos 35 jaar uitbaten en moeten het in vergelijkbare staat achterlaten. Naast houtkap kunnen ze verdienen aan bij voorbeeld ecotoerisme en bosvruchten.”

Maar hij ziet een obstakel. “Brazilië heeft een groot tekort aan bosbeheerders. ‘Meester Johan’ moet zo snel mogelijk duizenden extra mensen opleiden.”

Zweede zweert bij een groene kapmethode die, bij hooguit 25 kubieke meter geoogst hout per hectare, 50 procent minder impact op het bos heeft. Door strakke planning liggen ook de kosten 12 procent lager.

Johan Zweede

Luchtfoto’s van bos dat slim gekapt is, zijn nauwelijks te onderscheiden van maagdelijk woud. Zweede laat even buiten het IFT-kamp eerst een voorbeeld zien van reguliere houtkap. Op een open plek in het bos lijkt net een kudde dinosaurussen voorbij gestoven. Stammen liggen als mikadostokjes door elkaar. Ze zijn te hoog afgezaagd, gebarsten of op een andere woudreus gevallen. “Een halve eeuw groei naar de knoppen”, treurt onze landgenoot.



Bos waarin 25 kubieke meter per hectare is gekapt op duurzame (boven) en conventionele (beneden) wijze (foto's: IFT)

Bovendien is bij het wegslepen van de stammen de bodem kaal geschraapt. “Veel mensen beseffen niet dat het Amazonewoud op arme bodems groeit. Het bos leeft van zijn eigen organische resten. Het groen op de grond is de trampoline waarop het bos zich kan herstellen. Nu is het ten dode opgeschreven.”

Al deze verspilling is betrekkelijk simpel te voorkomen, zo zien we een dag later. Een 25 meter hoge woudreus wordt secuur geveld door een ervaren motorzager, zonder andere grote bomen te raken. De bostractor stuift niet zomaar het bos in, maar volgt via rode linten de minst schadelijke route.

Zweede: “De crux is genoeg bomen met commerciële waarde te laten staan voor de volgende oogst, over 35 jaar. Zo blijft het bos waardevol en dat is de beste bescherming.”

Het Braziliaanse houtbedrijf Cikel is één van de eerste dat inziet dat groen hout zowel economisch als ecologisch voordelig is. “FSC levert 30 procent meer op in Europa, terwijl de productiekosten lager liggen. Nederland is onze belangrijkste afnemer”, vertelt een woordvoerder.

Het punt is dat het meeste Amazonehout bestemd is voor de thuismarkt en dat de Braziliaanse consument nog niet wakker ligt van hout zonder keurmerk.

Geen opmerkingen: