maandag, juli 07, 2008

Column Caipira

Uit De Telegraaf.
-----------------------------------------------------------------------------
Onlangs bracht ik vijftig uur van mijn vakantie door in de bus van São Paulo naar de Amazonestad Belém, dwars door de dikke bil van Brazilië. Zo zie je nog eens wat.

Nauwelijks ongerept natuurschoon helaas: de savanne en het tropisch regenwoud zijn goeddeels geweken voor de snelweg. Wat je wel ziet, zijn de akkers en weidelanden waarmee Brazilië naam maakt als steeds grotere mondiale voedselschuur.

In enkele wegrestaurants langs de route, gelegen in exotisch klinkende plaatsen als Anápolis, Gurupi en Acaílândia, werden liedjes van de Braziliaanse evenknieën van Jan Smit gedraaid.

Deze mateloos populaire zangers, met namen als Tonico & Tinoco en Edson & Hudson, zijn herkenbaar aan hun cowboyhoed, laarzen, strakke spijkerbroek en grote akoestische gitaar. Niks geen schuddende sambabillen in dit agrarische achterland, want als je gewoon doet, dan doe je hier al gek genoeg.

Ook langs de zuidoostkust, die cultureel de toon zet in Brazilië, groeit intussen het besef dat er in de diepe binnenlanden méér gebeurt dan biefstuk produceren en ethanol brouwen. Geholpen door het succes van de landbouw is de ‘caipira’, de ietwat pesterige bijnaam voor de Braziliaanse boer, zelfs een beetje hip aan het worden in Rio de Janeiro en São Paulo.

Dat bleek afgelopen maand bij de junifeesten, het Braziliaanse plattelandsfestijn bij uitstek. De societyrubrieken van de kranten uit de grote steden stonden vol Big Brother- en soapsterren die zich op speciale caipirafeesten maar wat graag met kiel en strohoed op de foto lieten zetten.

Onder genot van een stevige caipirinha (de swingende cocktail die dus gewoon ‘boertje’ heet) is het levenslied van Tonico & Tinoco eigenlijk best het luisteren waard!

Een bekende journalist uit Rio, Zuenir Ventura, toog naar het binnenlandse suikerrietmekka Ribeirão Preto en schreef verbaasd dat hij een menigte op een plein uit volle borst ‘Ik ben caipira, pirapora’ had zien zingen. In een andere stad op het platteland zag hij een lokaal theater volstromen voor een avondje bossa nova, de jazzsamba uit Rio de Janeiro.

“Er is niet alleen rijk, maar ook intelligent leven buiten de as Rio-São Paulo”, concludeerde Ventura. Daarmee toch weer terugvallend op zijn grootstedelijke superioriteitsreflex. Helemaal serieus wordt die curieuze caipira kennelijk nog niet genomen.

Big-Brother-helden in caipirakledij

Geen opmerkingen: